FAQ Overview

Ambities en kernwaarden BJZ

Wat zijn de ambities en kernwaarden van Bureau Jeugdzorg Limburg?

Onze ambitie is om:

  • Krachtig te zijn voor kwetsbare jeugdigen.
  • Krachtig te zijn in het werk.
  • Krachtig te zijn in het netwerk.

Dit alles door een krachtige organisatie te zijn.


Onze kernwaarden hierbij zijn:
  • De jeugdige centraal: een open deur, maar niet vanzelfsprekend omdat het belang van jeugdigen anders kan zijn dan het belang van ouders. Daar waar de veiligheid van de jeugdige in het geding is en de ontwikkeling van een jeugdige wordt bedreigd kiezen wij zonder twijfel voor de jeugdige.
  • Met hart en met ziel: onze medewerkers zijn niet alleen bevlogen in hun inzet voor kwetsbare jeugdigen. Zij zijn zich ook bewust van de impact die een maatregel heeft op jeugdigen en ouders. Onze jeugdzorgwerkers nemen – in samenspraak – ingrijpende besluiten, en zijn zich hiervan ook bewust. Medewerkers proberen zich te verplaatsen in jeugdigen, in ouders. Wat betekent een beslissing? Jeugdigen of ouders zullen het niet altijd eens zijn met een beslissing, dit kan ook emotie oproepen. Dit betekent dat een beslissing goed onderbouwd, navolgbaar en uitlegbaar moet zijn.
  • Vakbekwaam: al onze medewerkers zijn bekwaam(d) in de taak die zij uitvoeren. Of het nu gaat om de jeugdzorgwerkers of om andere medewerkers van BJZ. Iedere medewerker – in welke rol dan ook – zet zijn vakbekwaamheid in voor de jeugdigen die bij ons in begeleiding zijn en hun ouders.
  • Multidisciplinair: voor belangrijke beslissingen (‘Kernbeslissingen’) zetten wij meerdere disciplines in. Hiervoor beschikken wij over jeugdzorgwerkers, gedragswetenschappers, orthopedagogen/generalisten (GZ-psychologen) en diagnostici.
Wij verwijzen graag naar onze Speerpuntennotitie 2023-2024.

Gecertificeerde instelling

Wat is een gecertificeerde instelling?

De Jeugdwet schrijft voor dat een instelling die jeugdbescherming en jeugdreclassering uitvoert gecertificeerd moet zijn. Bureau Jeugdzorg Limburg is een Gecertificeerde Instelling (GI). De normen en eisen waaraan GI's moeten voldoen zijn door het Ministerie van Justitie en Veiligheid in samenspraak met de VNG (Vereniging Nederlandse Gemeenten) en het werkveld geformuleerd en vastgelegd in het Normenkader ten behoeve van certificering van uitvoerende organisaties in jeugdbescherming en/of jeugdreclassering (jb/jr), kortweg het Normenkader JB/JR.

Het Keurmerkinstituut (KMI) is de certificerende organisatie die de Gecertificeerde Instellingen zoals Bureau Jeugdzorg Limburg jaarlijks toetst op dit Normenkader.






Privacy

Hoe gaat Bureau Jeugdzorg om met mijn privacy?

Privacy
Bureau Jeugdzorg Limburg legt persoonsgegevens van jeugdigen en hun ouders vast in een geautomatiseerd dossier (WIJZ). Gegevens die worden vastgelegd zijn bijvoorbeeld: naam, adres, geboortedatum en Burgerservicenummer (BSN). In dit dossier staat ook waarom een jeugdige cliënt is bij Bureau Jeugdzorg Limburg, wat wij samen met de jeugdige en zijn ouders hebben afgesproken, welke hulp er aan de jeugdige en/of zijn gezin wordt aangeboden en wie daarbij zijn betrokken. Ook wordt omschreven hoe het gezin er uitziet. Dat kunnen ouders en kinderen zijn, maar ook pleegouders of oma’s, opa’s en andere betrokkenen.

Wij gaan zo zorgvuldig mogelijk met deze persoonsgegevens om. In het geval dat informatie uit het dossier onbedoeld toch bij derden terecht komen is sprake van een zogenaamd ‘datalek’. Een voorbeeld hiervan kan zijn een verkeerd ingevoerd mailadres of een brief die niet op het juiste adres is aangekomen. Een datalek wordt onderzocht door onze ‘Functionaris Gegevensbescherming. Afhankelijk van de aard van het datalek en de persoonsgegevens die het betreft, doen wij melding bij de Autoriteit Persoonsgegevens. Betrokkenen worden hier dan over geïnformeerd.

Persoonsgegevens worden beveiligd opgeslagen. Zowel onze opslag van persoonsgegevens als onze datanetwerken voldoen aan de hoogste veiligheidseisen. De beveiliging van gegevens vindt plaats via meerdere technische en organisatorische maatregelen zoals Firewalls, Virusscanners, wachtwoordbeleid, logging van toegang, gedragsregels en bewustwordingscampagnes voor medewerkers. Data uitwisseling tussen ketenpartners vindt via een beveiligde verbinding plaats. Wij gebruiken ZIVVER voor het versturen van privacygevoelige informatie. ZIVVER versleutelt berichten met gevoelige inhoud zoals persoonsgegevens, dossiers of andere informatie die BJZ veilig wil versturen. Een bericht versturen via Zivver is gegarandeerd veilig.

Met wie mogen wij informatie over cliënten uitwisselen?
Wij mogen gegevens van jeugdigen en ouders niet zomaar aan anderen doorgeven of gegevens over hen opvragen. De regels die voor ons gelden met betrekking tot informatieuitwisseling hangen samen met de wijze waarop wij betrokken zijn bij het gezin.

Rondom toestemming van jeugdigen en ouders voor het uitwisselen van gegevens gelden regels. In de volgende situaties mag BJZ informatie uitwisselen over het gezin zonder toestemming en zonder jeugdige en/of ouders van tevoren te informeren. Wij streven er echter naar zo transparant mogelijk te werk te gaan:

  • BJZ mag gegevens verstrekken en vragen aan beroepskrachten, die direct betrokken zijn bij de uitvoering van de ondertoezichtstelling, voogdij en jeugdreclasseringsmaatregel, als dit voor de veiligheid van de jeugdige kind noodzakelijk is.
  • BJZ mag gegevens uitwisselen met de Raad voor de Kinderbescherming en de rechterlijke macht als dit nodig is om de veiligheid van de jeugdige te borgen.
  • BJZ mag gegevens uitwisselen met de klachtencommissie of het tuchtcollege in het geval van een (tucht)klacht of in het kader van juridische procedures.
  • Als er sprake is van een noodtoestand, mag een hulpverlener informatie delen zonder toestemming om ernstig nadeel voor de jeugdige, de ouders of een ander betrokken persoon af te wenden.
  • BJZ geeft persoonsgegevens (naam, adres, woonplaats, BSN en ingezette dienstverlening) door aan gemeenten, ter controle van de facturering van ons werk.

Schending privacy jeugdige en/of ouders
Als jeugdigen of ouders vinden dat hun privacy is geschonden, kunnen de volgende stappen worden ondernomen:

  • Vinden jeugdigen of ouders dat onzorgvuldig met hun gegevens is omgegaan, dan kunnen zij contact opnemen met de hulpverlener.
  • Ook is het mogelijk om hierover een klacht in te dienen bij BJZ en/of de onafhankelijke klachtencommissie van BJZ. Zie ook ‘Klachten’
  • Jeugdigen en ouders kunnen contact opnemen met de functionaris gegevensbescherming (FG) van BJZ. Deze is bereikbaar via e-mailadres: FG@bjzlimburg.nl.
  • Tot slot kunnen jeugdigen en ouders zich wenden tot de toezichthoudende autoriteit: de Autoriteit Persoonsgegevens en de nationale ombudsman.

Meerderjarig en dan?

Meerderjarig, en dan?

Meerderjarig, wat kun je vooraf regelen?

Wanneer een jeugdige 18 jaar wordt is hij of zij meerderjarig. Er moet dan een aantal zaken geregeld zijn. De hulpverlener bereidt de jeugdige ruim voor zijn of haar 18e verjaardag voor op de meerderjarigheid. Samen met jeugdige wordt gekeken naar bv.:

  • de woonsituatie/de gezinssituatie;
  • de school en/of werksituatie;
  • de vrije tijdsbesteding;
  • het netwerk van de jeugdige;
  • de relatie met de ouders/de omgangsregeling;
  • het gezag;
  • de financiële situatie (niet alleen inkomen, maar bv. ook verzekeringen, toeslagen en DigiD-code);
  • nog benodigde inzet van hulp/hulpverlening.
De hulpverlener gebruikt hiervoor een checklist. Doel is om zorg te dragen voor een soepele overgang naar meerderjarigheid.

Samenwerking in de jeugdzorg

Met wie werkt Bureau Jeugdzorg samen?

Om het verschil te kunnen maken voor jeugdigen werken wij samen met een groot aantal instellingen en instanties. Te noemen zijn:

  • Toegangsteams van de gemeenten.
  • Raad voor de Kinderbescherming.
  • Openbaar Ministerie.
  • Rechtelijke Macht.
  • Politie.
  • Instellingen voor jeugd- en opvoedhulp.
  • Gesloten jeugdzorg (Jeugdzorg+).
  • Veilig Thuis.
  • Reclassering Nederland.
  • Jeugdgezondheidzorg (w.o. GGD).
  • Andere GI’s.
  • Artsen.
  • Algemeen maatschappelijk werk.
  • Veiligheidshuizen.
  • MEE.
  • Ziekenhuizen.
  • Forensische behandelcentra.
  • Justitiële verslavingszorg.
  • Thuis- en daklozenopvang.
  • Woningcorporaties.
  • Reclassering.
  • Kinderopvang organisaties.
  • Scholen (zowel basis-, voortgezet als ook ROC-onderwijs).
  • Slachtofferhulp Nederland.
  • Eerste lijn psychologenpraktijken.

Sociale Netwerkstrategieën / Familienetwerkberaad

Wat is SNS/FNB?

Sociale netwerk strategieën en Familienetwerkberaad

Bureau Jeugdzorg Limburg stimuleert dat gezinnen zoveel mogelijk zelf en met steun van hun netwerk problemen in de opvoed- en opgroeisituatie aanpakken en dat de jeugdige en zijn/haar ouder(s) daarbij zo veel mogelijk zelf regie voeren over de hulp die zij nodig hebben. Familie, vrienden en anderen uit de omgeving van het gezin kunnen hierbij een belangrijke en ondersteunende rol vervullen.

Om hieraan invulling te geven wordt er binnen BJZ al jarenlang gewerkt aan de hand van Sociale Netwerk Strategieën (SNS). De afspraken die hierbij gemaakt worden spelen een rol in het verdere begeleidingstraject. Het actieplan komt voort uit het Familienetwerkberaad (FNB) waarin ouder(s) en jeugdige samen met familie en sociale netwerk met elkaar besluiten nemen over wat er moet gebeuren en wie wat vervolgens doet (jeugdige, ouders, familie, netwerk en/of professionals).

Het werken vanuit sociale netwerkstrategieën bestaat uit drie onderdelen:
  • Het netwerkkompas.
  • Het familienetwerkberaad (FNB).
  • Samenwerken in een actieteam.

Het netwerkkompas:

Het netwerkkompas helpt de jeugdige om een volledig beeld te krijgen van mensen die een rol spelen, speelden of kunnen spelen in zijn/haar leven. Het gaat om een totaalbeeld van wie er allemaal bij de familie en het sociale netwerk horen, los van het feitelijke contact wat er op dat moment is. Daarbij bepaalt de jeugdige met ouder(s) met hulp van het drieluik zijn/haar koers. Dit doen de jeugdige en ouder(s) door het hier en nu en de toekomst vanuit verschillende perspectieven met elkaar te verbinden en zelf vragen te formuleren. De jeugdige kiest vanuit zijn/haar familie en sociale netwerk één of meerdere 'supporters' die met hem meedenken bij het maken van het netwerkkompas en het drieluik.

Het familienetwerkberaad:

Een familienetwerkberaad (FNB) is een bijeenkomst waar de jeugdige samen met familie en sociaal netwerk een plan voor de toekomst maakt en dit concreet maakt in een zogenaamd actieplan. Gezinsvoogden ondersteunen de uitvoering van het plan. Hij maakt het mogelijk dat de jeugdige en zijn/haar (sociale) netwerk zelf besluiten neemt, plannen maakt en deze uitvoert.

Werken in een actieteam:

In het actieteam werken jeugdige, ouders, familie, sociale netwerk en professionals samen aan de voortgang van het plan. Jeugdige, ouders, familie en sociaal netwerk zijn eigenaar van hun actieplan, verantwoordelijk voor de besluiten die zij nemen en voor de uitvoering van de gemaakte afspraken. Professionals ondersteunen de uitvoering van het plan. Als er iets in de situatie van de jeugdige en/of het gezin verandert, kan het nodig zijn dat de gezinsvoogd een aanvulling nodig acht op het plan, bijvoorbeeld in het geval dat de veiligheid van de jeugdige in het geding is.

Uitgangspunten van SNS/FNB

Het uitgangspunt bij SNS/FNB is dat gezinsvoogdij tijdelijk is, netwerkrelaties veel langduriger zijn en oplossingen afkomstig uit het eigen netwerk van jeugdige en ouder(s) meer gedragen worden dan oplossingen die aangereikt worden vanuit de professionele hulpverlening.

Doelstellingen SNS/FNB

  • Jeugdige en ouder(s) nemen zelf besluiten over wat er nodig is voor de jeugdige om de ontwikkelingsbedreiging(en) op te heffen.
  • Het plan wordt door alle partijen gedragen.
  • Jeugdige en ouder(s) zijn zich meer bewust van hun situatie en kunnen hulp vragen aan hun vertrouwde netwerk.

Schriftelijke aanwijzing

Wat is een schriftelijke aanwijzing?

De gezinsvoogd kan aan ouders een zogenaamde ‘Schriftelijke aanwijzing’ geven. Dit is een hulpmiddel bij de uitvoering van de ondertoezichtstelling (OTS). Het geven van een schriftelijke aanwijzing is een vrij ingrijpende beslissing waartoe pas wordt overgegaan als de gewenste medewerking van ouders niet door overleg en overreding kan worden bereikt. De aanwijzing moet het doel van de OTS dienen en gericht zijn op de opvoeding en verzorging. Een schriftelijke aanwijzing is dus altijd gekoppeld aan één of meerdere eisen die in het Plan van Aanpak zijn opgenomen. De gezinsvoogd gebruikt de aanwijzing wanneer niet voldaan wordt aan de eis en de noodzakelijke verandering niet plaatsvindt.
De inhoud van de aanwijzing schrijft dwingend voor om bepaalde handelingen uit te voeren of juist na te laten die in het belang zijn van de verzorging en opvoeding van de jeugdige. De dwang zit in het gegeven dat er in de wet sancties geformuleerd zijn voor het niet-opvolgen van de aanwijzing (bv. dat een jeugdige anders niet meer thuis kan blijven). Een schriftelijke aanwijzing bevat een verplichting die door de jeugdige vanaf 12 jaar en/of de met het gezag belaste ouder opgevolgd moet worden. Deze verplichting is eerder vastgelegd in het Plan van Aanpak. Voor de jeugdige en zijn ouders kan een schriftelijke aanwijzing dus nooit een verrassing zijn.

Voorbeelden van een schriftelijke aanwijzing zijn:

  • De jongere opdragen het geplande lesrooster op school te volgen.
  • De ouder opdragen de kinderbijslag te besteden aan deugdelijke kleding voor de kinderen.
  • De ouder verbieden drugs te dealen in het bijzijn van de kinderen.
  • De ouder opdragen injectienaalden buiten het bereik van de kinderen op te bergen.
  • De ouder met gezag verbieden om buiten de vastgestelde omgangsregeling contact te onderhouden met een uit huis geplaatst kind.
  • De ouder opdragen bij een wens af te wijken van een omgangsregeling dit minimaal één week van tevoren aan de gezinsvoogd te melden.

Overwegingen tot het verstrekken van de schriftelijke aanwijzing zijn door de gezinsvoogd goed vastgelegd en er is een brief als vooraankondiging verzonden naar de jeugdige, dan wel de ouders.

Team rond de Jeugdige (TrJ)

Wat is het Team rond de Jeugdige (TrJ)?

Bureau Jeugdzorg Limburg kent het Team rond de Jeugdige (TrJ). Het Team rond de Jeugdige bestaat uit de jeugdzorgwerker(s) en de gedragswetenschapper. Zij kunnen waar nodig een GZ-psycholoog (Orthopedagoog-Generalist) betrekken of raadplegen.

Het doel van een TrJ is om op een systematische wijze te komen tot een afgewogen beslissing over inhoudelijk beleid in de begeleiding van een maatregel. Beslissingen dienen onderbouwd, transparant en navolgbaar te zijn en ook zo vastgelegd te worden. Beslissingen zijn gericht op het opheffen of terugdringen van de ontwikkelingsbedreiging van de jeugdige. Het TrJ ondersteunt en coacht ook de jeugdzorgwerker bij de uitvoering van zijn werkzaamheden.
(Kern-)beslissingen worden altijd in een TrJ – en daarmee multidisciplinair – genomen. Kernbeslissingen zijn bv.:

  • De reactie op nieuwe signalen of meldingen van (mogelijke) kindermishandeling.
  • De beslissing om een machtiging uithuisplaatsing te vragen.
  • De beslissing om een uit huis geplaatste jeugdige terug naar huis te laten gaan.
  • De beslissing om verlenging van de OTS te vragen, de OTS (tussentijds) te beëindigen, dan wel een Verzoek tot Onderzoek gezagsbeëindigende maatregel (voogdij) in te dienen
Bij het nemen van beslissingen zijn de richtlijnen jeugdhulp van het NJI (Nederlands Jeugd Instituut) en het SKJ (Stichting Kwaliteitsregister Jeugd) uitgangspunt. Deze richtlijnen zijn bedoeld om de jeugdzorgwerker te ondersteunen in zijn dagelijks werk. De richtlijnen jeugdhulp en jeugdbescherming zijn gebaseerd op de laatste kennis: op basis van wetenschap, praktijk én cliëntvoorkeuren. Met praktische aanbevelingen en kennis binnen handbereik beslissen gezinsvoogd, jeugdige en ouders samen over een effectieve aanpak.

Zie voor meer informatie over de richtlijnen jeugdhulp: Nederlands Jeugd Instituut (NJI) en Richtlijnen Jeugdhulp.

Overdracht naar een andere Gecertificeerde Instelling

Wat gebeurt er bij een overdracht naar een andere GI?

Het is mogelijk dat, vanwege een verhuizing, een ander Gecertificeerde Instelling (GI) de uitvoering van een Ondertoezichtstelling (OTS) overneemt. Voor overdracht naar een andere GI dient de gezinsvoogd een verzoekschrift in bij de kinderrechter. De OTS wordt dan niet afgesloten, maar er vindt een overdracht plaats met de betreffende GI. Overdracht van de uitvoering van een OTS naar een andere GI is aan de orde, wanneer:

  1. De jeugdige met de verzorgende ouder(s) met gezag voor langere tijd verhuist naar een woonplaats die buiten het werkgebied van BJZ ligt. De GI moet dan overleggen met de gemeente waar de ouder met gezag woont, of de OTS moet worden overgedragen naar een andere GI.
  2. De GI tot de conclusie komt dat er geen mogelijkheden zijn om de OTS uit te voeren, terwijl beëindiging van de maatregel onverantwoord zou zijn.

Voorlopige Voogdij

Wat is een Voorlopige Voogdij?

Een Voorlopige Voogdij (VoVo) is een kinderbeschermingsmaatregel die van toepassing is als de belangen van een jeugdige zo ernstig worden bedreigd dat direct ingrijpen nodig is. Dit geldt bijvoorbeeld in geval van een internationale kindontvoering of als niet duidelijk is wie het gezag heeft over het kind, zoals bij een vondeling.

Bij een Voorlopige Voogdij ligt het gezag over de kinderen niet meer bij de ouders maar bij een Gecertificeerde Instelling (GI). De kinderrechter kan een voorlopige voogdij uitspreken op verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming (RvdK) of op vordering van de Officier van Justitie.

Als de kinderrechter de voorlopige voogdij uitspreekt, bepaalt hij tevens de duur van de maatregel. De Raad voor de Kinderbescherming en de Gecertificeerde Instelling kijken vervolgens hoe definitief in het gezag kan worden voorzien. Op basis hiervan dient de RvdK (voordat de beschikking afloopt) verzoek om definitieve gezagsvoorziening in bij de kantonrechter of rechtbank.


De rol van de Gedragswetenschapper

Wat is de rol van de gedragswetenschapper bij BJZ?

Wanneer de rechtbank een maatregel heeft uitgesproken, wordt u begeleid door een (gezins-)voogd of jeugdreclasseerder van BJZ. Met hem of haar heeft u vooral contact.

De hulpverlener werkt echter in een team en aan dat team is een gedragswetenschapper verbonden. De gedragswetenschapper adviseert de hulpverlener bij het nemen van besluiten bij de uitvoering van de ondertoezichtstelling, de voogdij of de jeugdreclassering. Zij kunnen waar nodig ook nog advies vragen aan de GZ-psycholoog (Orthopedagoog/Generalist).

De gedragswetenschapper bij de gecertificeerde instelling behandelt geen cliënten (verricht geen onderzoek en verleent geen behandeling aan de jeugdige en het gezin), er is dan ook geen sprake van een (individuele) behandelrelatie zoals omschreven in de wet BIG.
De (gezins-)voogd of jeugdreclasseerder vraagt bv. advies aan de gedragswetenschapper over de te formuleren doelen die in het plan van Aanpak worden opgenomen. Wij vinden het daarom goed dat u kennismaakt met de gedragswetenschapper, zodat bijvoorbeeld in gezamenlijkheid de doelen geformuleerd kunnen worden. Dit kan o.a. in een start TRJ (team rondom de jeugdige).

Niet gevonden wat u zocht?