Pleegkinderen en pleegouders willen vaak andere dingen van elkaar weten dan de informatie die ze van de pleegzorginstelling ontvangen. Dat blijkt uit een kwalitatief onderzoek van Stichting Alexander en de Universiteit van Amsterdam naar de plaatsing van kinderen in pleeggezinnen, dat eind november is gepresenteerd.
Pleegkinderen zijn vooral nieuwsgierig naar ‘eigen’ kinderen en huisdieren. De meeste pleegouders willen graag weten uit wat voor gezin het kind komt, hoe het met zijn gezondheid is, hoe ver het is in zijn ontwikkeling en welke interesses en behoeftes het heeft.
Verder vinden pleegouders het belastend als ze lang moeten wachten op hulp van de pleegzorginstelling. Uitwisseling van informatie en ervaringen met andere pleegouders geeft hen steun en vertrouwen in hun eigen handelen.
De onderzoekers onderzochten hoe pleegzorgwerkers, pleeg- en eigen kinderen en pleegouders het wenproces in een pleeggezin ervaren. De gegevens zijn verzameld in individuele interviews en groepsdiscussies. Daarnaast zijn twee pleeggezinnen intensief gevolgd in de wenperiode.
Bron: stichting Alexander, Universiteit Amsterdam, 28 november 2012