
Als het thuis niet veilig voor een kind is en de ontwikkeling van een kind komt (ernstig) in gevaar dan kan een kinderrechter een kinderbeschermingsmaatregel uitspreken. Bureau Jeugdzorg Limburg voert deze uit als gecertificeerde instelling voor Jeugdbescherming en Jeugdreclassering.
Een van die maatregelen is de ondertoezichtstelling (OTS). Een kinderrechter spreekt een OTS uit als uit onderzoek van de Raad voor de Kinderbescherming blijkt dat de zorgen over de opvoeding, ontwikkeling en verzorging van uw kind terecht zijn. Uw kind wordt dan onder toezicht gesteld van een gezinsvoogd. Dit is een jeugdbeschermer van Bureau Jeugdzorg Limburg. De gezinsvoogd maakt samen met u en uw kind een plan. Daarin staat wat er de komende tijd moet gebeuren, zodat het weer beter gaat thuis. U blijft als ouder/opvoeder verantwoordelijk voor uw kind. De gezinsvoogd mag zich echter altijd met de opvoeding of verzorging van uw zoon of dochter bemoeien.
Soms vinden de kinderrechter en Bureau Jeugdzorg het beter als uw kind (tijdelijk) ergens anders woont. Uw zoon of dochter komt dan bij familie, bij een pleeggezin of in een instelling terecht. De gezinsvoogd zorgt er voor dat u uw kind kan blijven zien, tenzij er zwaarwegende redenen zijn om dit contact (tijdelijk) te verbreken.
Een ondertoezichtstelling geldt voor maximaal één jaar. Tegen het einde van het jaar bekijkt de gezinsvoogd met u en uw kind of verlenging noodzakelijk is. Daarover moet de kinderrechter zich opnieuw uitspreken. De OTS stopt in ieder geval als uw kind 18 wordt, en dus meerderjarig is.
Een andere jeugdbeschermingsmaatregel die Bureau Jeugdzorg uitvoert is de voogdijmaatregel. Bij een voogdijmaatregel neemt een voogd het gezag van u over. Dit is bijvoorbeeld het geval als u uit de ouderlijke macht door de rechtbank is beëindigd. Bureau jeugdzorg is dan volledig verantwoordelijk voor de opvoeding en verzorging van het kind.